vrijdag 26 februari 2010

Onbetwist, het nieuws van de internist

De twee dagen tot het bezoekje aan de internist (de uroloog had het over een oncoloog, maar ja tomatoe/ tomaatoe) ging verassend snel voorbij. Het moeilijkste deel tot nu toe was het nieuws vertellen aan mijn vriendin en moeder.
Als je leukemie googlet krijg je een heel scala aan berichten. Van gitzwarte levensvooruitzichten tot super positieve informatie. Het was nog niet helemaal duidelijk welke vorm van leukemie ik zou hebben, de gis was dat het ging om chronische myeloide leukemie. Met de uren vanaf het nieuws werden wij positiever en positiever. Blijkbaar zijn er in de laatste 10 jaren een aantal doorbraken geweest.
We moesten een flinke tijd wachten bij de internist, mijn vriendin, mijn ouders en ik. In de wachtkamer leerde ik dat de vader van een goede vrind (Joris W.) erg blij was met zijn volvo en dat hij het nieuwste model van dit merk ietsjes te ruim vind. Wat bleek een uurtje later, deze vader was een evenbeeld van de internist.
De internist was erg geduldig en vooral ook erg duidelijk, waardoor mijn moeder het godzijdank droog hield. Na een aantal kleine testjes in mijn onderbroek bleek vanuit de dokter dat wij ons werk als amateur-hematologen goed hadden gedaan. We hadden de vorm goed (eigenlijk had vooral de uroloog dit goed gezien) en we wisten voor het grootste deel waar we aan toe waren.
Ik voelde mij nog steeds heel erg goed, het bleek dus ook dat het best wel een gelukje zou kunnen worden dat ik op zo'n willekeurig moment mijn bloed had laten testen.
Het vooruitzicht was dat ik maandag of dinsdag naar het LUMC (Leids universitair medisch centrum) zou gaan voor een beenmergpunctie, blijkbaar niet de prettigste ingreep in de geschiedenis van de mensheid.
Na de test moet blijken hoe het mijn chromosomen zit, blijkbaar is het duimen dat ik het Philidelphia-chromosoom bezit. (bekend van roomkaas produkten) De vooruitgang in de leukemie zo'n 10 jaar geleden is geweest dat men dit chromosoom veel beter te lijf kan gaan. (voor de geneeskundige onder jullie, aanmerkingen kunnen onder dit bericht)
Goede kans dat ik in Leiden te horen ga krijgen dat ik behandeld wordt met het medicijn imatinib en een chemokuur. In mijn volgende blog hoop ik jullie meer te vertellen en vooral met een zo positief mogelijk smaakje.

woensdag 24 februari 2010

Proloog - Van Uroloog naar Oncoloog

Het is alweer een jaar geleden dat ik ietwat last had van het deel van een man waar hij extra op let. Een tripje naar de huisarts had mij niet enorm veel duidelijkheid gebracht. Ik werd doorverwijzen naar de uroloog.
Na een stage te Afrika, afstuderen, solliciteren en aantal maanden werken besloot ik toch maar, op aanraden van mijn vriendin, alsnog met de doorverwijs brief richting Bronovo te gaan. De uroloog was erg vriendelijk en verteld me dat ze niet verwachtte dat er iets mis was met mijn zaakje. Voor de zekerheid besluiten we wel om mijn bloed en mijn urine te testen. Ik voelde me destijds, en nu nog steeds, prima, dus waarom niet?
Een paar daagjes later werd ik een aantal keer gebeld door een vreemd nummer. Aangezien ik in vergadering zat liet ik de telefoon overgaan. Na de vergadering was ik eigenlijk al vergeten dat ik gebeld was, gelukkig gaf de Nokia dit nog aan.
De voicemail was duidelijk. Woensdag, vandaag, 9 uur 's ochtend Bronovo. Eerder dan eigenlijk gepland. Geen vuiltje aan de lucht.
Goed gehumeurd reed ik naar het ziekenhuis. Ik was die avond ervoor de uroloog nog stom toevallig tegengekomen in een supermarkt naast Leiden Centraal. Ze wou liever tot onze afspraak wachten om te vertellen wat er aan de hand was, later begrijpelijk. Ik hoefte niet lang te wachten in de wachtkamer. Ik werd vriendelijk verzocht te gaan zitten. Het verhaal wat ik te horen kreeg was nog niet volledig duidelijk. Wat wel duidelijk was, was dat ik mijn bloed nogmaals moest testen. Men dacht dat mijn bloed mogelijk verwisseld was met dat van een 80-jarige man. Toch besloot ik door te vragen naar het mogelijk verkeerde bloed. Teveel witte bloedcellen, het zei me niet direkt iets. Ik vroeg door en toen kwam dat akelige woord uit de mond van de uroloog: leukemie.
Ik vervolgde mijn weg richting laboratorium voor een versneld bloed onderzoek. Eerlijk gezegd leek mij de kans al veel te klein dat mijn bloed verwisseld was. Het zou een klein uurtje duren voordat ik van de uroloog zou horen of het definitief om leukemie zou gaan.
Een vrij paniekvol uurtje volgde. Ik moest flink graven in mijn geheugen om te bedenken wat leukemie ook alweer was. Iets met bloed en kanker, dat wist ik al wel.
Het was duidelijk dat de vrij jonge uroloog niet vaak, misschien wel nooit, dergelijk nieuws had verteld aan een patiƫnt. Gelukkig hielden we ons beiden sterk, al was dat toch van beide kanten lastig. Het bleek namelijk al snel definitief. De avond ervoor kon ik maar niet in slaap komen door medelijden met Gerard Kemkers. Nu was er nieuws wat dat toch, op zijn lichtst gezegd, dat wat onbelangrijker maakte.
Er was overigens ook goed nieuws, er was niks aan de hand met mijn zaakje.